top of page
Writer's pictureDanny Q

Hoe denkt de kerk over…lidmaatschap

Hoe denkt de kerk over…..lidmaatschap?

Inleiding

Lidmaatschap van de kerk is een onderwerp dat van vele kanten bekeken kan worden. De bijbel speelt een rol, maar de geschiedenis en de cultuur evenzo. Onderstaand verhaal probeert die verschillende aspecten te belichten en een conclusie te trekken.

Onze cultuur

In onze tijd is het lidmaatschap van een vereniging of organisatie veel minder vanzelfsprekend geworden dan tot zo'n 40 jaar geleden het geval was. In de 20e eeuw kende Nederland de zogenaamde "verzuiling". Dat wilde zeggen, je was deel van een "zuil", een geheel van organisaties en instellingen die hoorden bij jouw levensovertuiging. Was je protestant, dan was je lid van de NCRV, stemde je ARP of CHU, ging je naar een School met den Bijbel, kocht bij de hervormde of gereformeerde bakker en was je lid van een kerk enz.

Maar die tijd is voorbij. We zijn "ontzuild". De vanzelfsprekendheid is weg. En zo zijn we in een soort "supermarkt" maatschappij terecht gekomen: de keuze is overweldigend, en iedereen shopt geestelijk en materieel zijn eigen spullen bij elkaar, los van wat mensen in je omgeving doen. We zijn individualisten geworden en hebben weinig binding meer met grotere verbanden.

De bijbel

Om maar met de deur in huis te vallen: er staat niets in de bijbel over lidmaatschap van een gemeente! Of in elk geval, niets direct. En wat je in die richting vindt is nogal negatief, zoals het verhaal over David die een volkstelling houdt in 1 Kronieken 21. Wat we wel vinden zijn verhalen over organisatie. Zoals Mozes die van schoonvader Jethro advies kreeg over het organiseren van leiding over het volk Israël (Exodus 18) en nog interessanter, Handelingen 6, waar blijkt dat de eerste gemeente de organisatie rond het diaconaat niet goed geregeld had en mensen ging aanstellen om daar zorg voor te dragen. God is een God van orde, en niet van wanorde (1 Kor 14:33 en 40). Daarnaast is het nodig duidelijkheid te hebben over wie er bij de "kudde van God" hoort zodat de oudsten daar toezicht op kunnen houden (1 Petrus 5:1-4). Het lijkt bijbels te verdedigen dat enige vorm van organisatie goed is, dat kunnen we er wel van zeggen.

Verder blijkt dat "erbij horen" in de tijd de eerste gemeente een helder verhaal was: je werd gedoopt en zo hoorde je erbij. Wat in tijden van vervolging enorme consequenties kon hebben. Maar het was wel helder: je hoorde bij "de weg" (Handelingen 19:9 en 23), je was deel van het "lichaam van Christus" (1 Kor 10:16, 12:27 enz). Hoe zag dat eruit? Handelingen 2:42 beschrijft het begin: "Ze bleven trouw aan het onderricht van de apostelen, vormden met elkaar een gemeenschap, braken het brood en wijdden zich aan het gebed." Kortom, er was onderwijs waar naar geleefd werd, er was een gemeenschap, men vierde wat we nu avondmaal noemen en gebed speelde een grote rol. Het was duidelijk voor iedereen dat deze mensen bij elkaar hoorden.

Geschiedenis

Na het Nieuwe Testament is er natuurlijk veel gebeurd. Je zou kunnen zeggen dat het individualisme is begonnen met de Renaissance, na de Middeleeuwen. Het is niet vreemd dat juist dan ook de Reformatie plaatsvindt en er verschillende kerken ontstonden naast de Katholieke Kerk: Luthers, Gereformeerd, en de Anabaptisten (wederdopers0. Daar waar je eeuwen lang gewoon hoorde bij de kerk in je stad, wijk of dorp, kwam er nu een keuze. Eerst collectief, het geloof van de graaf of koning was jouw geloof, later individueel. Nog steeds kennen sommige volkskerken geboorteleden, doopleden en belijdende leden. Maar we zien dat de tendens in het Westen door de eeuwen heen steeds meer is naar belijdende leden. Naar individualisme. Daarom zijn ook de "wederdopers" ontstaan in de Reformatie: het ging steeds meer om de eigen keuze.

De Kerk van de Nazarener

Onze kerk staat duidelijk in de traditie van de belijdende leden. Lidmaatschap is een keuze. Kinderen, ook al zijn ze opgedragen of gedoopt, zijn formeel geen lid van de plaatselijke gemeente. Het Handboek formuleert dit als volgt:

19. De Kerk van de Nazarener bestaat uit die mensen, die zich vrijwillig verenigd hebben volgens de leer en organisatie van deze kerk en die streven naar een heilige christelijke gemeenschap, de bekering der zondaren, de volkomen heiligmaking van de gelovigen en hun groei in heiliging en de eenvoud en de geestelijke kracht die in de eerste christelijke kerk aanwezig was, gepaard gaande met de prediking van het evangelie aan de ganse schepping.

20. Daar wij erkennen dat het recht en het voorrecht om lidmaat van de kerk te worden berust op het feit dat men wedergeboren is, vereisen wij alleen een belijdenis die van wezenlijk belang is voor de christelijke ervaring.

Met andere woorden, je wordt lid op basis van het feit dat je wedergeboren bent en de kern van het christelijk geloof belijdt en daar vanuit wil leven. Daarmee is de doop als belijdenis in feite vervangen door een geloofsbelijdenis in woorden en daden. We zijn wat dat betreft van origine geen kerk waarin de sacramenten (doop en avondmaal) een enorme betekenis hebben. Al is dat wel aan het verschuiven, maar dat is een ander onderwerp.

Hoe werkt dat nu?

Als u dit verhaal zo gevolgd hebt, begrijpt u al dat de vereisten voor lidmaatschap op geen enkele manier uitleggen waarom je lid zou willen worden: dat verlangen wordt verondersteld. Maar die tijd is voorbij. Veel mensen voelen zich prima als bezoeker en wellicht als vriend. En dat betekent helemaal niet dat ze zich niet in willen zetten voor de gemeente, of de gemeente niet financieel zouden willen ondersteunen. Er zijn heel trouwe gevers onder onze vrienden, terwijl niet alle leden trouw (kunnen?) geven. Waarmee het onderscheid veel van zijn betekenis lijkt te verliezen. Waarom zou je sowieso lid worden? Een goede vraag!

Waarom lid?

Die vraag wordt heel verschillend beantwoord. En dat mag. Toch willen we een lans breken voor lidmaatschap. Daar zijn een aantal redenen voor te noemen:


Een lid is iemand die zich openbaar heeft uitgesproken en gezegd heeft, "bij deze groep mensen wil ik horen. Ze zijn niet volmaakt en dat ben ik ook niet, maar samen met deze mensen in deze gemeente wil ik Christus dienen". En net als bij een huwelijk, heeft dat waarde. Je geeft mensen het recht je aan te spreken op je toewijding. Het is geen los-vast relatie, geen voorwaardelijke relatie. Het is een bewuste keuze. En dat is, naar we geloven, wat het Lichaam van Christus is: “een groep mensen die voor Hem, en daarmee voor elkaar, hebben gekozen.” Geen eenvoudige weg. Geen simpele route die voor je ligt. Maar je beseft dat Christus niet los staat van Zijn lichaam. Kies je voor Christus, dan kies je voor Zijn lichaam.


Je neemt mede verantwoordelijkheid voor wat er in de gemeente gebeurt. Dat is trouwens best lastig. Want laten we wel wezen, mensen maken fouten en ook de besluiten in een gemeente zijn niet altijd precies zoals we die zelf zouden maken. Er zit een element van overgave in lidmaatschap, zonder dat het betekent dat je moet zwijgen. Sterker nog, juist als lid kun je je stem laten horen. Maar dat betekent niet dat de wijze waarop we als gemeente Jezus willen volgen, altijd precies is zoals je dat het liefst zou zien. Dat maakt het niet makkelijk maar het is wel onderdeel van gezond gemeente zijn. Opnieuw, het is bijna als een huwelijk waarin je ook compromissen moet sluiten omwille van een groter doel dan je eigen mening.


Het opent de deur naar leidinggevende functies. Heel praktisch: zoals het een openbaar "ja" vereist om getrouwd te zijn, is er een openbaar "ja" naar de gemeente nodig om in die gemeente leiding te geven. Mensen die leiding van je ontvangen hebben het recht te weten dat degene die leiding geeft volledig is toegewijd aan Christus (ook al is die toewijding altijd onvolkomen), maar ook aan deze concrete groep mensen


Je wordt geen lid van een instituut, maar je verklaart te horen bij deze groep mensen. Niemand is lid van een instituut. "De kerk" is niets anders dan wat mensen er van maken. Toen ik lid werd waren we met zijn achten. Acht mensen. Hannie en ik waren een kwart van het aantal leden. Er was geen "ze" meer, dat beseften we toen heel goed. Vrij naar Lodewijk XIV: "de kerk, dat ben ik." En dat is ten diepste nog steeds zo. Voor een ieder die je ontmoet, ben je "de kerk". Ben je, als deel van het lichaam van Christus, ten diepste Christus zelf. Dat is een ongelofelijk uitdaging, maar wel wat Jezus zelf voor ogen heeft.


Zoals gezegd, je kunt je stem laten horen. Dat kan altijd, maar een lid van de gemeente heeft ook spreek- en stemrecht op een ledenvergadering, waarin de belangrijkste besluiten in de kerk worden genomen. Daarbij kun je denken aan het beroepen van een predikant, het kiezen van leiders, het vaststellen van de begroting, het opstarten van een nieuwe gemeente, een verhuizing. Besluiten op dat niveau komen altijd in de ledenvergadering, hetzij de jaarlijkse vergadering, hetzij een vergadering tussendoor.

Hoe word je lid?

Een of twee keer per jaar is er een zogenaamde oriëntatiecursus. De bedoeling is een beeld te krijgen van wat de Kerk van de Nazarener is. Die moet je doorlopen hebben, dat vinden we belangrijk. Er zijn veel kerken en meningen en het voorkomt problemen en teleurstelling als je helder hebt waar we voor staan. Vervolgens zijn er 3 vragen die je moet beantwoorden, ongeveer als volgt: Kun je de korte geloofsbelijdenis uit het Handboek onderschrijven? Beloof je te streven naar een heilig leven? Wil je je toewijden aan deze concrete gemeenschap?

Epiloog

We leven in een vreemde tijd. Aan de ene kant kunnen we niet meer terug naar het verleden. We zijn individualisten en we kunnen niet meer denken als mensen uit het jaar 1400. We passen zelfs niet meer in de "zuilen" van de 20e eeuw. Maar tegelijkertijd wil elk mens wel ergens bij horen. Niemand wil eenzaam zijn. Je kunt in onze kerk vriend zijn en dat is prima. Maar misschien is het goed ook eens na te denken over lidmaatschap en wat dat betekent. Met alle gebreken is deze gemeente de plek waar ik in elk geval helemaal bij wil horen en waar ik Jezus wil dienen.

AUTHOR

Leader Guide

Hans Deventer

0 comments

Comentarios